Zelfvertrouwen is zoals zuurstof in de lucht. Je kan niet zonder als je wilt overleven. En laat dat nu juist iets zijn waar ik er niet zo veel van bezit. Mensen die me niet kennen, zouden me kunnen tegenspreken. Ze vinden mij arrogant. Of ze denken dat toch. Eens ze mij "echt" zouden kennen, zouden ze dat woord nooit durven uitspreken. Ik ben niet arrogant. Ik heb geen dikke nek. Verre van. Ik ben een verlegen vrouw met een ontzettend klein hartje.
"Dat ik naar de grond kijk als ik hen voorbijwandel is niet omdat ik mij beter dan hen voel, maar wel dat ik mij minderwaardig voel."
Ik ben het niet waard dat ik hun schoonheid aanschouw.
In groep voel ik mij ook altijd de mindere. Als ik mijn mond open trek en wat zeg, heb ik altijd het gevoel dat iedereen mij aankijkt alsof ik net het
domste gezegd heb wat er ooit gezegd is geweest door een menselijk persoon. En dus zwijg ik maar. En kijk ik maar rond. En zo denken ze alweer dat ik mij te goed voel voor hen.
En hoewel ik weet dat ik best gezien mag worden, heb ik toch nog weinig zelfvertrouwen. De gevoelens die ik vroeger in mijn schooljaren gevoeld hebben, kan ik na al die jaren nog steeds niet loslaten. "Ik ben lelijk" verschijnt er op mijn voorhoofd als ik een blik durf werpen in de spiegel. En hoewel ik een mooie vrouw zie, voel ik mij niet mooi. Er zijn gelukkig wel momenten dat ik besef dat ik gezien mag worden, maar ik ben dan niet zelfverzekerd, ik speel het. En dat is een klein verschil.
Ik heb nooit weinig vertrouwen in mezelf gehad. Pas nadat ik "onderscheiding" behaalde op school, begon ik eindelijk in te zien dat ik wel degelijk "
brains" had. Maar na al die jaren voel ik mij nog steeds niet "intelligent". Ik heb geen universitair diploma zoals "al de rest" en behoor dus niet tot de "slimme mensen". Met "niet intelligent zijn" kan ik best leven. Het is geen drama. Ook mijn muzikaal talent onderschat ik vaak nog. "Ik ben niet goed",
denk ik vaak. Dat is ook vaak de reden waarom ik die cello soms nog te vaak in de hoek laat staan. "Hij staat daar goed",
denk ik dan. "Ik kan het toch niet", maken mijn gedachten mij wijs. Maar ik kan het wel ! De 91% die ik vorig jaar behaalde, was daar het bewijs van. "Ach ja", zucht ik dan. "Wat kennen die juryleden daar nou van?". Juist ja.
Mijn hobby fotografie ligt ook al maanden stil. Ik fotograaf nog af en toe, maar ik voel me meestal niet waardig genoeg om met zo'n duur toestel rond te lopen. Ik heb meestal het gevoel dat iedereen mij zit te observeren en mij zit uit te lachen. En dus steek ik meestal mijn camera na een tijd weer veilig weg. "Zie je wel dat ze het niet kan", hoor ik hen dan denken. Hun
schijnheilige glimlach op hun gezicht versterkt dat gevoel alleen maar. De complimenten die ik achteraf gezien op
internet krijg van sommige mensen wegen niet op tegen de blikken die ik heb moeten trotseren op straat.
Ik ben niet zelfverzekerd. Ik ben het nooit geweest en zal het waarschijnlijk nooit worden.
Maar waar koop je toch een portie zelfvertrouwen want ik wil het ook!